Volgens de voorzitter van de werkgevers, de heer De Boer, zijn veel mensen met een uitkering uitvreters, labbekakken. Ze zijn te beroerd om hun handen uit de mouwen te steken. Profiteurs die eens een schop onder hun kont moeten krijgen, die hij wel wil geven. De Boer wil dat de bijstandsuitkering omlaag gaat. Ook kunnen hoogopgeleiden gewoon in het zonnetje asperges steken met de radio aan. Veel werkgevers willen mensen geen vast contract geven, omdat de werkgevers niet meer van ze afkomen. Ze worden ziek en de werkgever moet twee jaar ziektegeld betalen.
Er brak een storm van protest los en De Boer bood zijn excuses aan; want je kunt niet iedere werkloze op de hoop van profiteurs gooien.
Het was niet zijn bedoeling om mensen te kwetsen; hij verklaarde te willen wijzen op de fouten in het stelsel van uitkeringen en toeslagen.
De huidige situatie is dat het voor uitkeringstrekkers pas rendabel is om te werken bij een loon hoger dan 130% van het minimumloon. Tot op zekere hoogte heeft iedere gemeente de vrijheid allerlei toeslagen en kwijtscheldingen toe te passen.
In Rotterdam is in 2014 een inkomensvergelijking gemaakt tussen een werkende die netto 130 % van het minimumloon verdiende en een bijstandsklant. (Het netto-bijstandsinkomen is 100 % van het wettelijke minimumloon.)
De werkende was op bijna alle fronten in het nadeel: geen kwijtschelding waterschapsheffing, geen kwijtschelding afvalstoffenheffing, minder huurtoeslag, geen speciale passen, geen toeslag wegens langdurig verblijf in de uitkering, geen bijdrage zorgverzekering, geen bijzondere bijstand, hogere kosten eigen risico zorgverzekering. Per saldo was de werkende honderd euro in de maand slechter af dan de uitkeringstrekker. Dat nodigt niet uit om te werken.
Het verlagen van een (minimale) uitkering is geen oplossing. De oplossing is dat de bazen hun arbeiders hogere lonen dienen te betalen, zodat werken loont. En dan wordt hier niet gedoeld op hogere lonen voor de grootgraaiers aan de top bij allerlei woonstichtingen, verzekeraars, banken, farmaceutische-industrie, bedelfondsen en niet te vergeten de nerveus-praters met t.v.-ouwehoershows. Mensen met een gematst baantje (die tot voor kort ook nog een maatschappelijk aanzien hadden.)
De werkers in de maatschappij, die moeten beter beloond worden! Zij hebben vaak zwaar, smerig en onregelmatig werk en worden slecht betaald. Het voorbeeld van werkgeversbaas De Boer was typerend hoe hij tegen de loonslaven aankeek: “Lekker in het zonnetje asperges steken met een muziekje erbij”.
Zo’n pretje is dat niet. In de brandende zon, verplicht luisterend naar de dreunmuziek uit radio’s van anderen, terwijl je bezig bent je rug kapot te werken; waarbij je mag hopen dat de aspergebaas het wettelijke minimumloon betaalt en de sociale premies afdraagt. Allesbehalve een gematst baantje.
De Boer heeft een punt over de Ziektewet. Als werkgever ben je in de aap gelogeerd, wanneer (soms na een korte arbeidsperiode) een werknemer langdurig de Ziektewet ingaat en de werkgever twee jaren het salaris moet doorbetalen.
Centurion, 6 juli 2015.