Column Centurion – Proza en poëzie.

139

Centurion kleinIn “Brugnieuws” van 3 november 2015 had de provincie Overijssel een hele pagina gekocht, die voornamelijk werd gevuld met een reportage over een autoritje van gedeputeerde Hester Maij (CDA). Ja, propaganda kost (belasting)geld. Provinciedichter Boudewijn Betzema mocht ook meerijden. Hij zou een gedicht maken. Hij “dichtte” onder meer:

“onderweg was oponthoud
daar was niets aan te doen
te laat helaas zei zij bij aankomst
nog snel een hand en weg was de
bestuurder.”

Dit is geen gedicht maar een stukje proza, waarin weggelaten zijn in zin één: het woordje “er” en in zin vier de woordjes “gaf” en “zij”. Gecorrigeerd staat er dan:

“Onderweg was er oponthoud, daar was niets aan te doen. “Te laat helaas”, zei zij bij aankomst. Nog snel gaf zij een hand en weg was de bestuurder.”

De stadsdichter van Kampen, Bas Nijhof, doet het enorm beter. Hij dichtte sfeervol voor het blad “Cultuur” op 30 september 2015 onder meer:

de bladeren in het park zijn groen maar hangen
ze ruisen zachtjes in de vlakke wind
onder de bomen speelt een vrolijk kind
het hoofd half muts, half appelrode wangen

Als slot het prachtige gedicht “De dieren” van Aart van der Leeuw (1876-1931).

De landman gaat, nu de avond is gevallen,
En de arbeid slaapt, voor ‘t laatst zijn hoeve rond;
Hij keurt het werk der knechts in schuur en stallen,
En als zijn schaduw volgt hem trouw de hond.

Hij toeft bij ‘t vee, en luistert hoe het ademt;
Rond schoft en horen hangt een warme damp,
Die met een geur van zomer hem bewademt,
En in een nimbus nevelt om de lamp.

Dan loopt hij tastend langs de ruif der paarden,
Verwelkomd door een dreunend hoefgeklop;
Hij spreekt hen aan, en streelt een ruig behaarde,
Een speels hem toegestoken manenkop.

En als hij eindlijk, rustig na ‘t volbrachte,
De handen boven ‘t vlammend houtvuur heft,
Vervult hem nog de ontroerende gedachte
Aan wat rondom hem leeft en niet beseft.

Hij peinst, en leest in ‘t boek met koopren sloten
Het hoofdstuk uit, dat Noachs tocht beschrijft,
Hoe de arke met haar simpele reisgenoten
Lang op de oeverloze zondvloed drijft.

Gans in het wonderbaar verhaal verloren,
Terwijl hij mijmrend in de haardgloed staart,
Lijkt het hem of, door God daartoe verkoren,
Hij met zijn dieren over ‘t water vaart.
Centurion, 5 december 2015.