Ik ga werken bij McDonald’s Kampen!

1119

Door Alex de Jong @ Attest Communicatie

Nog niet zo heel lang geleden werkte ik in de komkommers. Kommertijd en journalistiek; dat paste goed bij elkaar, vond ik. Met hamburgers bakken heb ik veel minder. En toch… veel van mijn grote voorbeelden ‘flipten’ burgers ‘to make ends meet’, terwijl ze in de avonduren werkten aan hun fantasy epos in wording. Neem Tad Williams. Wie? Doet er niet toe. Want vandaag ga ik het helemaal niet over fantasy hebben. Wel over hamburgers bakken. Bij McDonald’s. Daar werken staat goed op je CV, las ik. Toen ik bovendien zag dat zij een speciaal sollicitatiemenu aanboden én een gesprek met de manager, was ik verkocht. Dat wilde ik ook! En zij willen mij. Ze hebben tenslotte heel veel nieuwe mensen nodig. Maar zitten ze ook te wachten op iemand van 51?

‘Graag een sollicitatiemenu en een gesprek met de manager!’ Zo, dat was eruit. Ik was benieuwd wat voor heerlijke maaltijd ik voorgeschoteld zou krijgen. Het blonde meisje achter de kassa keek me – zo dacht ik – wel een beetje raar aan, toen ik mijn bestelling doorgaf. Had ik iets verkeerds gedaan? Gestotterd tijdens mijn bestelling? Tenslotte gierden de zenuwen voor het sollicitatiegesprek door mijn lijf. Of was dat de ‘honger’ die mij parten speelde?

Kattenkwaad uithalen
‘U mag daar wel even gaan staan’, zei ze, en wees naar de andere kant van de bestelcounter, naar waar het McCafé gevestigd is. Daarna verdween ze snel naar achteren, ogenschijnlijk nog zenuwachtiger dan ik. Zouden mensen kunnen zien dat ik hier kwam om te solliciteren, dacht ik, terwijl ik rondkeek. Het was zondagmiddag, kwart over vier. Een hoop drukte; veel mensen wachtend op hun bestelling. Glimlachend dacht ik: ‘Ik snap waarom ze mij wel kunnen gebruiken’. Ik ben een keukenprins, moet je weten. Ik kook graag. ‘Wilt u iets drinken?’ vroeg het meisje dat mij nu deed schrikken door haar plotselinge terugkeer vanuit de catacomben van de McKeuken. ‘Eh… ik neem aan dat er wel een milkshake bij mijn sollicitatiemenu zit? Dus nee, dat is genoeg, hoor’, zei ik. Even was ze uit het veld geslagen. Toen zij ze: ‘Iedereen die komt solliciteren, krijgt wat te drinken.’ Ik bestelde een zwarte koffie.

Genietend van de koffie, wachtte ik op de manager. Een jonge knul stelde zich aan mij voor. Brenn de Lange. Qua leeftijd had hij mijn zoon kunnen zijn. En nee, hij is niet de manager, zo hoorde ik al snel. We gingen de trap op, naar de verdieping waar de VIA-jeugd dagelijks rond half tien in groepen van tien, vijftien man ook naartoe vlucht om burgers te eten en om – uit het zicht van het personeel – kattenkwaad uit te halen. ‘Deed ik vroeger ook’, vertelt Brenn later. ‘We moeten die jongens hier soms wel een beetje opvoeden.’ Maar zover waren we nog niet. We namen de trap. Dat deed ik met mijn 51 jaar vlotter dan hij met amper de helft in jaren. Maar goed, ik was dan ook niet bij het voetballen bij KHC geblesseerd geraakt (maar dat vertel ik natuurlijk niemand).
‘Er werken hier in kampen maar liefst 140 mensen, maar we kunnen er nog wel ‘een paar’ meer bij gebruiken’, zo vertelde hij terwijl we ons afzonderen in de ruimte waar normaal kinderfeestjes worden gehouden. ‘We hebben vooral behoefte aan mensen die ook in de avonduren willen werken.’ Brenn is assistent-restaurantmanager, vertelt hij. Knappe carrière voor zo’n jonge gozer, denk ik nog. Ik maak er een compliment over.

‘Je hebt er één!’
Zaterdag en zondag lokte McDonald’s Kampen potentiële nieuwe werknemers met de belofte van een sollicitatiemenu naar de vestiging. In Kampen liep dat niet bijster storm, zo blijkt. Sterker nog: tekstschrijver Alex was aan het einde van de zondagmiddag de eerste ‘sollicitant’ die het aandurfde om dit weekend een sollicitatiemenu te bestellen én om een sollicitatiegesprek aan te vragen. ‘Je hebt er één’, had het meisje achter de kassa geroepen toen ze zich naar achteren had begeven. Een sollicitant? Dat was even schri… even schakelen voor de assistent-restaurantmanager. ‘Het was mijn eerste sollicitatiegesprek in deze ‘vorm’, dus zonder voorbereiding met een CV en zonder te weten wie je voor je krijgt en met welke werkervaring.’ Het verklaarde meteen waarom hij even om mij heen had gekeken, beneden, duidelijk in de veronderstelling dat ‘die oude vent’ niet de sollicitant kon zijn waar het kassameisje hem luidkeels op had gewezen. Brenn is ontwapenend eerlijk. Dat mag ik wel. ‘We hebben afgelopen week nog een korte training gehad hoe zo’n gesprek het beste in te gaan.’ Laten we eerlijk zijn: dat deed hij voortreffelijk. En ook de eerste vuurdoop met een vertegenwoordiger van de pers ging hem bijzonder goed af. Ik snap waarom je met dergelijke kwaliteiten het al zo snel tot assistent-restaurantmanager kunt schoppen. Wil ik dat misschien ook?

Nadat hij iets heeft verteld over zijn carrièrepad en over hoe lang deze vestiging al bestaat, kijkt hij hoopvol naar mij. Of ik iets over mijzelf wil vertellen? Moet ik mijn toneelspel voortzetten? Vertellen dat ik als 51-jarige niet meer dagenlang op de bank wil hangen, maar graag hamburgers wil bakken? Omdat ik die zo lekker vind en omdat ik ze graag bak voor andere mensen? Dat ik erg gastvrij ben en het mensen graag – met lekker eten en een vriendelijk woord – naar de zin wil maken? Ik besluit het niet te doen. ‘Ik ben journalist’, vertel ik hem en presenteer hem mijn visitekaartje. ‘Eigenlijk ben ik hier onder valse voorwendselen. Ik wil gewoon graag weten hoe jullie actie loopt en daar over schrijven…’

Carrière
Brenn is uitermate eerlijk: ‘We hebben gisteren helemaal niemand gehad.’ Ook vandaag werd er niet echt (meer) op gerekend. Te weinig ruchtbaarheid aan dit initiatief gegeven? ‘Zeker niet’, klinkt het. ‘Het gaat hier om een landelijke campagne van in totaal drie weken met als ‘finale’ het sollicitatieweekend. We kijken naar de resultaten van de totale campagne en alle exposure en media-aandacht in die drie weken. Er waren radiospotjes, online banners en in het restaurant veel exposure om werken bij McDonald’s te promoten.’ Dat heeft de afgelopen drie weken al wel zeventien (online) sollicitaties in Kampen opgeleverd, weet hij. Dat het in het weekend zelf zo rustig is weet trouwens wel hij te verklaren: ‘Het is voor de jeugd vaak ook best wel een drempel om langs te komen. Via internet reageren is ‘veiliger’.’

Brenn begon als zeventienjarige bij McDonald’s Kampen en heeft zich in de afgelopen acht jaar flink weten op te werken. ‘Ik ben begonnen als crewlid en uiteindelijk doorgegroeid naar de functie van assistent-restaurantmanager.’ Wat voor mensen zoekt hij? Ook mensen van 51, zoals de verslaggever die onder valse voorwendselen langskwam? ‘Zeker. We hebben vorige maand nog iemand van 51 aangenomen’, zegt hij zonder blikken of blozen. Ik weet niet of hij bluft. Ik denk dat het echt zo is. ‘We zoeken niet alleen maar vijftienjarigen’, gaat hij verder en ik leer dat leeftijd veel minder een rol speelt dan motivatie en enthousiasme. Achttien plus is zelfs een voordeel. Tenslotte is er een dringend tekort aan mensen die na acht uur ’s avonds de toenemende stroom gasten kunnen bedienen. ‘We nemen vier nieuwe mensen per week aan.’
Hij roept dan ook iedereen op om vooral te solliciteren. Dat mag door langs te komen, maar het mag ook via internet. En wees gerust: dat sollicitatiemenu krijg je nog steeds. In de vorm van een bon, aan het einde van je sollicitatiegesprek, net zoals deze verslaggever. Tenslotte hoor je niet met volle mond te praten en maakt een klodder frietsaus in je mondhoek bij een sollicitatiegesprek ook niet echt een goede indruk…

LAAT EEN REACTIE ACHTER

GEEF JOUW REACTIE
GEEF JOUW NAAM OP