‘Aan het water’ gezamenlijke expositie Stedelijk Museum Kampen, Koornmarktspoort en Gemeentelijke Expositieruimte

301

Op 29 maart gaat de expositie ‘Aan het water’ van start in het Stedelijk Museum Kampen, de Gemeentelijke Expositieruimte Kampen en de Koornmarktspoort. De  drie locaties die ook allen bijna letterlijk aan het water liggen organiseren –in het kader van Sail 2014– gezamenlijk een expositie met het water als uitgangspunt. Wel heeft iedere locatie zijn eigen insteek.  Deze exposities zijn te bezichtigen tot en met 15 juni 2014.
In de Koornmarktspoort exposeert Hanneke Giezen met porseleinen sculpturen.
In de Gemeentelijke Expositieruimte exposeert Bouke Peterson met fotografisch werk.
In het Stedelijk Museum Kampen zelf is de expositie ‘Kleine en grote Hollandse meesters’ te zien.

Hanneke Giezen in Koornmarktspoort
Het werk van Hanneke Giezen (1967) bergt vele elementen van het water in zich. Niet zozeer het water zelf, als wel het leven in en om het water. Vissenmondjes, vissenscholen, watervogels en schelpen vormen samen wonderlijke wezens en objecten, die als kleurige sieraden en bokalen staan te pronken. Het is niet moeilijk voor te stellen dat deze schatten ooit zijn meegevoerd in het ruim van een VOC-schip, vanuit een ver land, waar ze in een paleis van één of andere zonnekoning stonden. De Koornmarktspoort laat, in het kader van Sail Kampen, een overzicht van deze schatten zien en herbergt op de zolder zelfs een reuze Octopus.
Zwanenmeer....
Uitbundigheid
Het hoort misschien niet, volgens de designregels van deze tijd; ‘form follows function’ en ‘less is more’ om Giezen’s werk mooi te vinden, maar de uitbundigheid  appelleert aan alles wat we in onze kindertijd, vanzelfsprekend mooi vinden. Felle kleuren, glimmend goud en zilver, zwierige vormen en vooral veel van dat alles tegelijkertijd.

De werken lijken op schalen of soepterrines, maar ze zijn onbruikbaar. Je kunt ze alleen maar mooi wegzetten en er verliefd naar kijken. Giezen ontdoet haar objecten met opzet van hun dienstbaar karakter. De versieringen zijn te overdadig, het glazuur te wild, de hantering van het porselein te ruig en de vormen zijn asymmetrisch. Haar werk is geïnspireerd door de Rococo, een Franse stijlperiode, die haar hoogtepunt beleefde tussen 1730 en 1760. De Rococoperiode kenmerkt zich door een overmatig gebruik van ornamenten en nutteloze versieringen.

Werkproces
Giezen heeft in de loop der jaren een eigen werkproces ontwikkeld, waarbij ze op een ongebruikelijke wijze met het materiaal porselein omgaat. Op deze manier is het mogelijk om tot het gewenste eindresultaat te komen. Om het productieproces te kunnen bestuderen van het beroemde Sèvres porselein (bekend om zijn koninklijke serviezen en hoge vazen met vele versieringen) is Giezen een periode werkzaam geweest in het Manufacture Nationale de Sèvres. Hier heeft ze een aantal werken gemaakt, in samenwerking met de vakmensen van het Manufacture Nationale de Sèvres. Eén van deze werken, “Siamois”, is te zien tijdens de expositie.

Op zoek naar de grenzen van schoonheid
De elementen, die bij Giezens werk direct in het oog springen, zijn een speelse humor, sensualiteit, gulzigheid en begeerte. Daar gaat haar werk ook vooral over: over de schoonheid van het uitzinnige, over hebzucht, pronkzucht en de liefde voor de overvloed. Elementen, die haaks staan op functionaliteit.
Qua vorm heeft ze niet zo veel op met de Apollinische strengheid, maar kiest ze liever voor het Dionysische feest, voor de overgave aan een uitbundige schoonheid. En dat is voor Giezen een ernstige zaak. Haar werk is absoluut geen camp, vol ingewikkelde connotaties en cynische dubbelzinnigheden.
“Ik zoek serieus naar de grenzen van de schoonheid. Het is weliswaar een schoonheid, die sommigen heel lelijk zullen vinden, maar ik vind het mooi. Hoewel het mooi op het randje is. Dat is dan ook de uitdaging: durf je dit nog mooi te vinden en in je hart te sluiten? Over die verliefde, onverstandige schoonheid gaat het.

Hanneke Giezen’s werk bevindt zich in diverse collecties, waaronder het Keramiek Museum Princessehof in Leeuwarden, Manufacture Nationale de Sèvres in Sèvres en Musée des Arts Décoratifs in Parijs.

Kampen_Stedelijk_museum_voorkant

In het Stedelijk Museum Kampen zelf is de expositie ‘Kleine en grote Hollandse meesters’ te zien.

Hoewel de kern van de getoonde werken bestaat uit stukken die Kampen gerelateerd zijn, beperkt de expositie zich niet tot Kampen. Zo is er ook werk te zien van kunstenaars die geen band met Kampen hadden, zoals Hendrik Willem Mesdag (1831-1915), Willem Roelofs (1822-1897), Philip Sadée ( 1837-1904), Antonie Waldorp (1803-1866) en anderen. Natuurlijk is er ook werk te zien van kunstenaars die in Kampen werden geboren of daar een tijd lang werkten, zoals o.a. Jan Jacob Fels (1816-1882), Jan Voerman sr. (1857-1941), Willem Bastiaan Tholen (1860-1931), Frans Schot (1948), de broers Robert (1875-1940) en François Graafland (1879-1939), Sjaak Kaashoek (1961) en vele anderen.
Een expositie met werken uit de 19e en 20e eeuw van verschillende kunstenaars met verschillende stijlen en uit diverse stromingen kan al snel leiden tot een chaotisch geheel. De bindende factor tussen al die genoemde en niet genoemde kunstenaars, het water, en vooral hun liefde voor het schilderen daarvan voorkomt dat. Wel zijn de kunstenaars te groeperen naar hun voorliefde per onderdeel. Bij een aantal van hen staat het IJsselfront bij Kampen centraal, anderen kiezen voor weidse vergezichten of rustieke uiterwaarden of een drukke haven. Er is echter meer dan het water dat de kunstenaars en hun werken met elkaar verbindt. De lucht, de wolken en het licht of juist het ontbreken van dat laatste, spelen een minstens even zo’n belangrijke rol in hun werk. Dat geldt bijvoorbeeld heel sterk voor het werk van Marinus de Jongere (1912-1978) die zich specialiseerde in het schilderen van vooral Rotterdamse havengezichten. Het water op het afgebeelde havengezicht gaat een kleurig spel aan met de zinderend bewolkte lucht. Het spel krijgt een extra dimensie door de rookpluimen van de vele zichtbare stoomschepen, zij stijgen vanuit het water op om zich te mengen met het wolkenspel.
Ook bij de kunstenaar Jan Voerman sr. zien we dit spel. Het schilderij ‘Bewogen lucht’ toont alles waar Voerman om bekend stond: koeien, wolkenluchten en IJssel. Alles – behalve de lucht – ziet er verstild uit: de koeien die bij elkaar liggen op het gras aan de waterkant, de rivier die spiegelglad is en niet lijkt te stromen, een scheepje met gestreken zeil en een slapend aandoend stadje Hattem. De lucht geeft echter een heel ander beeld. Donkere wolken ballen zich samen en stromen links en rechts het beeld binnen. De aandacht wordt echter vooral getrokken door het middenstuk. Witte wolken, doorbroken door stukken blauwe lucht geven het werk een mate van lichtheid die doet vermoeden dat de zomer wel weer terugkomt. Het is Voerman op zijn best: dreiging en optimisme verwerkt in één schilderij.
Heel anders van aard is het schilderij ‘Zwaar weer’, dat rond 1850 door Antonie Waldorp werd geschilderd. Een paneeltje van slechts 18,5 X 24 cm met daarop enkele schepen. De zeilen staan bol, het water is onstuimig en de lucht is zwaar en diep onheilspellend. De storm op volle zee lijkt nog lang niet voorbij. Waldorp geldt als één van de voorlopers van de Haagse School en als je kijkt naar de super beweeglijke, maar loodzware lucht boven onstuimig water, zie je hoe terecht dat is.
De kunstenaar Willem Roelofs daarentegen was vooral de kunstenaar van het vastleggen van ‘het landschap voor de storm’. Met een dramatiserend vermogen legde hij dergelijke momenten vast,
De schilderijen ‘Badende koeien’ – zie voorpagina – en ‘Opkomend onweer’, zijn  daar goed voorbeelden van. Over het schilderen van wolkenluchten merkte Roelofs zelf op: ‘Een lucht goed te schilderen is daarom zoo moeilijk omdat ze ten nauwste samenhangt met het landschap eronder; verandert men het eene, dan moet men noodzakelijk ook het andere veranderen’. En zo is het maar net.
De expositie ‘Kleine en grote Hollandse meesters’ bestaat hoofdzakelijk uit schilderijen en aquarellen uit de eigen collectie, aangevuld met bruiklenen uit het Frans Walkate Archief in Kampen en een enkel particulier bruikleen
Openingstijden:
Dinsdag t/m zaterdag: 10.00 – 17.00 uur
Zondag: 13.00 – 17.00 uur

Tijdens Sail Kampen (19 – 21 april) zijn het Stedelijk Museum Kampen, de Gemeentelijk Expositieruimte en de Koornmarktspoort extra geopend op maandag (21 april) van 13.00 tot 17.00 uur.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

GEEF JOUW REACTIE
GEEF JOUW NAAM OP