Column Paideia – Een glimlach als lentegeschenk

228

Enkele weken geleden zat ik in een stralend lentezonnetje op het terras, een koel drankje voor me en een zonnebril met donkere loerglazen. Onzichtbaar en ongegeneerd kijkend naar de mensen die voorbij liepen, sloften, slenterden of in sommige gevallen paradeerden. Het voordeel van loerglazen; Geen mens ziet hoe opzichtig je hun bewegingen en vooral gezichtsuitdrukkingen volgt tijdens het voorbijgaan.

De zon liet zich ondertussen steeds wat meer zien en de temperatuur liep op. En zoals de natuur ontluikt in de lente, leken de mensen ineens langer te worden. Alsof ze voor mijn ogen opbloeiden, de kin omhoog, de zon op het gezicht.

Daaraan terugdenkend nu ik mijmerend op de bank zit, vraag ik me af of we niet meer afhankelijk zijn van de natuur dan we zelf denken. Dieren gaan in winterslaap. Bomen verliezen hun bladeren, planten stoppen met bloeien en de natuur gaat in de ruststand. En wij? Wij razen door. We leven het leven van alledag en naarmate het kouder wordt buiten en het donker ons al laat in de middag omhult, raken velen van ons gevangen door de sombere tinten die met dat jaargetijde gepaard gaan. Voor we het weten roepen we zelf dat we het liefst in winterslaap zouden gaan.

En dan komt daar het voorjaar. De natuur ontwaakt. De bomen worden weer groen en de buitenlucht nodigt ons uit om mee te bloeien. En bloeien doen we. Zoals de natuur zich door de zonnestralen laat ontluiken, zo laten de zonnestralen iets ontwaken wat zonder twijfel het mooiste lentegeschenk is wat we onszelf en elkaar kunnen geven; Een glimlach.
En terwijl ik van achter mijn loerglazen zo naar de mensen om me heen keek, verscheen precies datgene wat de voorbij lopende mensen ook met zich meedroegen, alsof er een onzichtbare kettingreactie plaatsvond waarin ik me ongemerkt mee liet voeren. En ik glimlachte mee.

Paideia

LAAT EEN REACTIE ACHTER

GEEF JOUW REACTIE
GEEF JOUW NAAM OP