BUREN
Regelmatig is buurman hiertegenover bezig met zijn bladblazer. Op zijn gemanicuurde grasperkje zie ik geen bladeren, maar het zal wel ergens goed voor zijn. Zijn object maakt geruime tijd een hels kabaal, zodat concentratie op wat dan ook abrupt wordt onderbroken. Door het open raam maak ik een foto van hem, zo maar, je weet maar nooit. Bij gebrek aan wilde dieren blijven mensen interessant. Elk beeld kan immers een boeiend verhaal vertellen en aan deze man zal ook wel weer een geschiedenis kleven.
Al enkele dagen is de auto van onze dochter terug van de foute garage. Het kreng start nog steeds niet en laat haar op kritieke momenten, ze zijn stuk voor stuk kritiek, in de steek. Meneer Fout is koppig en onbeschoft en zijn opvolgofferte rijst de pan uit, zodat dit per direct een oprotofferte wordt. Met de afstanden naar werk en school, kan hier helaas niemand zonder wielen zijn. Een betrouwbare vervanger, zodat wij de oude wielen kunnen gebruiken, is nog niet gevonden als wij naar Johannesburg vertrekken.
Theard heeft inmiddels met Bennie Bladzuiger aangepapt, iets waar ik automatisch de rem op zet zo in de trant van; val een ander alsjeblieft niet lastig met je vervelende problemen. Ik zie hem echter al snel naar binnen schieten om een paar uur later dolenthousiast terug te komen met het verhaal dat alles geregeld is. Nic, Zuid-Afrikaan van Griekse afkomst – zullen we het verder niet over hebben – kent iemand die auto’s repareert, een hele goeie. Vol vertrouwen spreekt Theard met hem af dat hij, zonder onze dochter erbij te betrekken, in onze afwezigheid de auto naar de garage laat slepen en in elk geval startend en betrouwbaar rijdend voor ons klaarmaakt.
Wat een brutaliteit, om een totaal vreemde man hiervoor op te laten draaien, maar ach, misschien is het wel zoals bij de meeste ouderen, ik ga mezelf maar na, als ze je nergens meer voor nodig hebben, voel je je gauw een afgedankte sukkel. Zo is het klaarblijkelijk ook met Nic en zijn lieve vrouw Betty, die ik de volgende dag ontmoet, nadat Theard zegt: “Joh, doe niet zo flauw, kom gewoon mee, ik ga even alles met hen afspreken, ze zijn zo aardig. “
In een soortgelijk huis als die van onze dochter, maar natuurlijk heel anders ingericht, keft een mini Yorkshire terriër ons uit alle macht overmoedig aan, het zou zo maar een tyrannosaurus kunnen zijn. Betty laat trots de lichte, opgeruimde woning zien, een contrast met de overkant, waar je af en toe je nek breekt over het speelgoed. Boven in een van de kamers hangt een schilderij met grote vlinders, het past goed bij de inrichting, dat zeg ik. Het raakt ergens een gevoelige snaar bij haar. “Ja” zegt ze “dat heeft mijn dochter geschilderd” Ze kijkt er niet erg vrolijk bij en als vlindervleugels oogt ze kwetsbaar als ze een bloemlezing van het ontstaan van het schilderij geeft. Ik slik. Ondanks alles, of juist daarom, straalt het een enorme kracht en nieuw leven uit.
Als wij in Johannesburg zijn houdt Nic zich niet aan onze afspraak en is net als wij, op een nieuw avontuur uit. Hij mag dan wel in de tachtig zijn, maar wil niets van ouderdomsklachten horen. Met de autosleutel doet hij nog een verwoede poging om de auto te starten en bedenkt dan dat hij hem zelf wel weg kan slepen.
Met Betty aan het stuur van een auto die niet start, waarvan de claxon het niet doet, en de elektrische ramen ook niet functioneren, trekt hij haar bij 35 graden Celsius vrolijk fluitend met zijn busje het drukke verkeer door, totdat achter hem Betty zich zwetend en zwaaiend weg voelt zakken. Het arme mens ervaart met weerzinwekkende tegenzin haar eerste bijna-doodervaring. Als ze even tot stilstand komen lukt het haar nog net om de deur open te gooien en merkt Nic dat het achter hem lang niet pluis is. Van je Hollandse buren moet je het maar hebben.
Als we terug naar Kaapstad komen is onze auto klaar voor gebruik en hoeven we er geen te huren. Onze dochter heeft inmiddels een knappe tweedehands gekocht en kan onze zilveren koets verkopen als we weer terug in Kampen zijn.
Er is sinds de wereldkampioenschappen voetbal een prima busverbinding in Kaapstad, maar je moet wel kleine stukjes lopen om bij de halte te komen en weten wanneer de laatste bus terug gaat, dan nog weer door het donker naar huis sjokken. Zootje waakzame beschermengelen op je schouders.
Nic en Betty zijn intussen vrienden geworden, zij verwelkomen ons met open armen, zij kussen ons en nodigen ons uit om met hen mee te gaan naar een nieuw restaurant. De naam Brownies & Downies komt me zo bekend voor. Kleinzoon Jerry, een van de tweeling met het syndroom van Down, de andere niet, was afgelopen vrijdag bij de opening in hartje Kaapstad. Hij wil het liefst in de keuken helpen. Toen men hem vroeg: ‘zo, jij wilt zeker kok worden?’ zei hij gelaten: ‘nee, dat ben ik al’ Een stempel waar hij apetrots op is, en anders zijn ouders en grootouders wel.
Brownies & Downies – een Nederlands initiatief dat vijf jaar geleden door Teun Hock en Thijs Swinkels In Veghel is opgestart – is een café waar men elkaar aan eenvoudige keukentafels kan ontmoeten. Er zijn inmiddels bijna dertig van deze cafés in het zuiden van Nederland, door Wendy Vermeulen naar Kaapstad gebracht. Zoiets ontstaat natuurlijk niet zomaar. We ontmoeten niet alleen Wendy, maar ook haar ouders en zusje die ook een poosje meehelpt.
Wendy heeft in Kaapstad gestudeerd en stagegelopen. Daarbij is het haar opgevallen hoe groot de behoefte voor mensen met een verstandelijke beperking, syndroom van Down, autisme en hersenletsel is, om in het dagelijks leven te integreren als iemand die graag iets wil en kan leren.
Als bij het bakken van een eitje Jerry’s dooier breekt, is hij heel even uit het veld geslagen, maar zijn begeleider legt vol enthousiasme uit dat het mooi uitkomt – voor de roereieren die besteld zijn – waarna hij vol overgave aan het klutsen slaat. De sfeer is open en positief en wij zijn even heel ontroerd, want we weten hoe moeilijk de situatie hier is, wat er voor nodig is om dit tot stand te brengen en draaiende te houden.
Anders dan in Nederland, waar een gedeelte van de financiële bijdrage uit het persoonsgebonden budget komt, is het Kaapse Brownies & Downies café geheel van sponsoren en persoonlijke bijdragen afhankelijk en lang niet alle ouders van jongeren die hiervoor in aanmerking komen, kunnen zich dat veroorloven. Hoe de toekomst van Brownies & Downies eruit ziet zal grotendeels afhangen van de steun die zij van diverse sponsoren over een langere periode zullen ontvangen, maar natuurlijk ook van bezoekers die zich niet schromen om over de drempel te stappen. Het zou weleens een sociale verandering tot stand kunnen brengen want, een scala aan Zuid Afrikaanse culturen beschouwen een kind met een geestelijke beperking, nog steeds als een straf. *
Als we samen aan de tafel Happy Birthday voor Jerry’s moeder zingen, kijkt hij lachend over de toonbank en steekt zijn duim omhoog. Een betere plek om dit te vieren kan er voor haar niet zijn en wie weet zal hij ooit de eerste entrepreneur met het syndroom van Down zijn als hij in Sea Point, een gewilde buitenwijk aan zee, een nieuwe Brownies & Downies opent en zijn moeders droom in vervulling gaat.
Bijna alle ouders maken zich zorgen over hun kinderen, voor ouders van kinderen met een verstandelijke beperking is het andere koek, maar laat dat dan alsjeblieft Brownies zijn.
Simone
* Disability and Social Change – A South African Agenda, gepubliceerd door HSRC press, edited by Brian Watermeyer, Leslie Swartz, Theresa Lorenzo, Margie Schneider, Mark Priestley.
EAN: 9780796921376