Stadscolumn Marinus Brouwer: Terrasuitbreiding

807

Marinus Brouwer geeft in de Stadscolumn zijn kijk op Kampen, auto’s en het leven.

TERRASUITBREIDING

Bij een vriendin ging ik het terras ophogen. Ze stuurde me een marktplaatslink met “Gratis af te halen: stenen in Kampen”. Want waarom zou je nieuw kopen als het gratis op te halen is. Ik ging er op af. Voor het gemak nam ik onze oudste zoon mee. Goed voor de vader-zoon band, plus ik hoefde niet in mijn eentje alle stenen te sjouwen.

Ik had al contact gemaakt via Marktplaats maar pas toen we aankwamen in de straat bleek dat de aanbieder van de gratis stenen de vader van een basisschoolvriendje van onze oudste zoon is. Beide jongens zitten inmiddels al enige tijd op een andere school en hadden elkaar een beetje uit het oog verloren. En wij vaders elkaar dus ook. Grappig. Zo kom je elkaar nog eens tegen. Goed onze oudste zoon en ik namen alle grijze steentjes mee en brachten deze naar de tuin van de vriendin. Toen we teruggingen voor de tweede lading viel mij ook een ander soort steen op. Er lagen nog meer gratis exemplaren in de straat maar die waren roodachtig en veel groter. Er lagen er flink wat. Niks voor de vriendin want die wilde alleen grijze. Mijn vrouw had al eens geopperd dat er een verhoogd zonneterras mocht komen in onze achtertuin. Een potentieel zonneterras lag hier praktisch voor het oprapen.

Als ik deze rode stenen mocht hebben, scheelde mij dit weer een rondje tuincentra met haar aflopen op zoek naar de juiste steentjes. Voor alle duidelijkheid, er is niets waar ik slechter tegen kan dan rondlopen van tuincentrum naar tuincentrum naar bouwmarkt om te zoeken naar de ideale steentjes. Ik nam een “proefsteen” mee naar huis. En de vrouw vond de steen mooi. Bingo! Voor zij zich ook maar enigszins kon bedenken, haalden we snel de rest op. Deze paar steentjes reden we wel met ons oude trouwe boodschappenbakkie: de Fiat Seicento. Meerdere keren heen en weer. “Een paar steentjes” was, zeg maar, toch een kleíne overschatting. Onze Seicento zakte behoorlijk door onder het gewicht van de stenen, maar hij hield het. Stapvoets reden oudste zoon en ik een paar keer heen en weer met ons aankomend zonneterras. Braaf autootje!

Thuis ging ik met de jongste zoon aan de slag. Hij gaf één voor één de stenen aan en ik legde ze neer. Deze methode werkte supersnel. Nog voor het klaar was, was het zonneterras al in gebruik. Door ondergetekende en jongste zoon. Want oh wat stonden we tijdens het steentjes leggen te bakken in de zon. We klokten samen een fles water naar binnen wegens enorme dorst. “Is het zo warm?”, vroeg mijn vrouw, die naar ons hardwerkende en puffende mannen zat te kijken vanuit een luie stoel in de tuin. “Die hitte valt toch allemaal wel mee?” “Echt niet”. Ik kon het opgedroogde zout bijna van mijn voorhoofd schrapen. Toen ik de buitenthermometer erbij haalde, zag ik dat de temperatuur hoog was. En dat voor eind oktober. Ik vermoed dat mijn vrouw me in het voorjaar vraagt om een uitbreiding van haar zonneterras met wat verkoelende items als een megaparasol, een fontein en een paar palmbomen.