Gemeente Kampen maakt werk van opgroeien in een kansrijke omgeving voor jeugd van 12 tot 18 jaar

209

Gemeente Kampen gaat meedoen met de preventieaanpak ‘Opgroeien in een Kansrijke Omgeving (OKO).’ Deze aanpak helpt gemeenten om op basis van cijfers over de lokale jeugd te werken aan gezonde en gelukkige jongeren en te voorkomen dat zij alcohol of drugs gebruiken of roken. De aanpak wordt door de gemeente uitgevoerd, samen met partners uit de gemeente die betrokken zijn bij opgroeiende jeugd.

Wethouder Jeugd Bernard van den Belt: “Wij willen graag dat de jongeren in de gemeente Kampen gezond en gelukkig opgroeien in een kansrijke omgeving. Dit is een belangrijk speerpunt uit ons coalitieakkoord ‘Samen durven doen.’ Tegelijkertijd zien we dat jongeren, zeker na de coronaperiode, minder gelukkig zijn. Onze samenwerkingspartners zoals het onderwijs, jongerenwerk, GGD en politie geven aan dat het belangrijk is het jongerenwelzijn prioriteit te geven. We denken dat onze deelname aan OKO een bijdrage levert aan het mentale welzijn van jongeren en dat het dalend middelengebruik een positief effect kan zijn.”

Community

OKO is een bewezen aanpak waarin lokale partners en gemeente samenwerken. De community-filosofie van de aanpak houdt in dat alle partijen die betrokken zijn bij het opvoeden en opgroeien van de jeugd kunnen, en idealiter zouden moeten, meedoen. Niet alleen de GGD, verslavingszorg, welzijns- of jongerenwerk en onderwijs maar ook ouders, aanbieders van vrijetijdsvoorzieningen en jongeren zelf spelen een rol. Het van oorsprong IJslandse preventiemodel is samen met het Trimbos Instituut en vijf pilot-gemeenten de afgelopen jaren vertaald naar de Nederlandse situatie. Daar is het OKO model uit voort gekomen.

Gemeente Kampen gaat nu als een van de eerste gemeente hieraan meedoen. De landelijke kick-off hiervoor was woensdag 25 januari 2023, waarna contact gezocht zal gaan worden met de nodige partners. Van den Belt: “In het eerste jaar van dit vierjarige project worden er bij jongeren in de vierde klas vragenlijsten afgenomen om te meten hoe het met de jongeren gaat en waar hun behoefte liggen. Met een team van professionals, ouders en ook jongeren bekijken we de resultaten en bedenken we interventies. Of passen we bestaande activiteiten aan. Na 2 jaar meten we opnieuw of de interventies bij hebben gedragen aan de behoefte van de jongeren en hun ouders. Of het effect heeft gehad. We passen zo nodig de activiteiten aan en meten na 2 jaar opnieuw.”