Inspectie 1000 kilometer dijken en kades
Om te checken of de dijken goed de zomer zijn doorgekomen en waar herstelwerkzaamheden nodig zijn, start Waterschap Drents Overijsselse Delta (WDODelta) maandag 2 oktober met de zogeheten dijkschouw. Dit is historisch vakjargon voor het inspecteren van de dijken. Ook wordt bij deze jaarlijkse dijkeninspectie bekeken of (delen van) dijken goed zijn onderhouden door eigenaren en andere onderhoudsplichtigen. Het gebied van WDODelta telt 1000 kilometer dijken en kades.
Niets zo Hollands als een dijk. Stoer en sterk. Om dit zo te houden, controleert het waterschap ieder jaar zowel in het voor- als najaar de dijken op beschadigingen. In het voorjaar wordt bekeken hoe de dijken de winterperiode hebben doorstaan, in het najaar hoe ze de winterperiode ingaan. Op die manier is het waterschap er op tijd bij om eventuele schades te herstellen.
Verplichte werkzaamheden
Alle onderhoudsplichtigen en eigenaren van dijken, moeten aan een aantal eisen voldoen. Zijn de aanwezige begroeiingen, de grasmat en de oeverbegroeiingen bijvoorbeeld goed onderhouden? Daarnaast mogen op de dijken geen distels, ridderzuring en andere ongewenste kruiden groeien en wordt gecontroleerd of zand, hout, afval en overige voorwerpen zijn verwijderd. Ook het egaliseren van molshopen en het verwijderen van wortels van opkomende begroeiing van bomen en struiken horen in dit rijtje thuis. Daarnaast is het voor de conditie van de dijken belangrijk dat wild, mollen en ander gedierte dat schade kan veroorzaken, wordt bestreden. Voor het overgrote deel voert het waterschap deze werkzaamheden zelf uit, omdat het eigenaar is van de meeste dijken in het werkgebied.
Toetsing
Het waterschap toetst, naast deze halfjaarlijkse ‘dijkencontrole’, elke 12 jaar de kwaliteit van de dijken grondig volgens de regels van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Steeds worden nieuwe methoden in de toetsing verwerkt, waardoor het waterschap de dijken volgens de nieuwste inzichten beoordeelt. Zo weten de dijkinspecteurs waar verbeteringen nodig zijn en welke prioriteit ze moeten krijgen. Door de voortdurende wisselwerking tussen toetsen en verbeteren blijven de dijken op orde.