Exclusieve rondleidingen tijdens Nationale Museumweek
Na het spektakel van de lichting uit de IJssel (deel 15), het transport naar Lelystad (deel 17b) en de plaatsing in de onderzoekshal (deel 18), is de rust weergekeerd rondom de IJsselkogge. Achter de wandplaten van het conserveringsstation wordt het project voortgezet. Bij Batavia staat het team van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed nog veel onderzoek, voorbereiding, besluitvorming en een opgraving te wachten. Vrijwilligers van de Koggewerf en het publiek kunnen zich verheugen op rondleidingen die een laatste kans zullen bieden om (letterlijk) met de neus op de kogge te staan.
Het uiteindelijk doel is nog steeds behoud, mogelijke restauratie en expositie van het middeleeuwse vrachtschip dat in de IJssel bij Kampen is gevonden. Van april tot juni vindt uitgebreid onderzoek en documentatie plaats naar de staat van de kogge. Er zal bacteriologisch onderzoek plaats vinden van het hout en een chemische analyse van het ijzer naar de sterkte en de draagkracht. Ook wordt er gekeken naar de wisselwerking tussen hout en ijzer die kan optreden door bijvoorbeeld pyriet. Dit mineraal is afhankelijk van de aanwezigheid van sulfaat wat doorgaans niet veel voorkomt in zoet water in rivieren zoals de IJssel. Dat is de redding geweest voor de IJsselkogge.
Laura Koehler, scheepsarcheoloog en hoofd conservering, garandeert dat elk stuk hout door haar vingers zal gaan alvorens erover besloten wordt. Buiten de conserveringshal staan vier containers waarin, ondergedompeld in water, alle losse onderdelen van de IJsselkogge verzameld zijn (zoals de knie, de wantrust en de braadspil). In drie andere containers liggen de punter en de aak, die verhuisd zijn naar Lelystad vanuit Zwartsluis waar ze in eerste instantie bij Hebo werden bewaard. Er wordt toegewerkt naar een besluit over het al dan niet restaureren, zoja hoe en of er bepaalde delen teruggeplaatst zullen worden om de stabiliteit van het wrak te bevorderen. Het zogenoemde conserveringsbesluit wordt naar verwachting in juni genomen en is afhankelijk van wat er, in welke staat, aangetroffen wordt. Het uiteindelijke besluit zal genomen worden door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) in samenwerking met Rijkswaterstaat (RWS), die hiervoor de adviesbureaucombinatie Infram-Vestigia inhuurt.
Naast het museum wordt in de onderzoekshal nog volop gebouwd om alle benodigde faciliteiten gereed te krijgen. Het conserveringsstation is opgedeeld in een nat en een droog gedeelte. In het droge gedeelte bevinden zich technische ruimtes, werkruimtes en een houtwerkplaats. De sprinklerinstallaties in het natte gedeelte zijn al in werking sinds het moment van aankomst want het scheepswrak wordt voortdurend met 24 sproeiers, roulerend door de hal heen, nat gehouden om krimpen of knappen van het hout bij droging te voorkomen. De kogge wordt van alle kanten ondersteund in een frame dat door firma Bonsink uit Zwartsluis is gebouwd. In april wordt er bestrating rondom het station aangelegd om zwaar materieel in en uit het station te kunnen verplaatsen. Ook zal er een steiger rondom de kogge gebouwd worden om van bovenaf in de kogge te kunnen werken. Daarin ligt nog steeds veel zand en onbekende materialen. Koehler kondigt aan dat daarvoor nog een opgraving in de IJsselkogge zelf zal plaats vinden!
Gert Schreurs is binnen het team verantwoordelijk voor groot houtrestauratie. Van huis uit was hij timmerman en werkzaam bij de vroegere Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders, die de Zuiderzee drooglegde. Zo raakte hij betrokken bij de vele scheepswrakken die gevonden werden bij de inpoldering die begon met de Wieringermeerpolder in 1927. Het team staat onder leiding van locatiemanager Benno van Tilburg die al vaker tijdens het project in beeld kwam (zie deel 10, deel 11 en deel 18). Hij heeft als standplaats Batavialand waar het hele team vanuit RCE bij het Maritiem Depot in Lelystad gedetacheerd is. Het Maritiem Depot gaat op in Batavialand, dat zich sinds 2011 ontwikkelt tot ”Erfgoedpark der Lage Landen” en heeft er de komende jaren een gewichtige trekpleister bij van zo’n 50 ton. Museum Nieuw Land heeft een bescheiden tentoonstelling ingericht over kogges en tijdens de Nationale Museumweek worden er op de zondagen 17 en 24 april rondleidingen in de onderzoekshal gegeven voor het publiek. Daarna zal de IJsselkogge alleen nog te zien zijn vanuit een publiekssluis die naar verwachting eind van dit jaar gereed is.
Zie ook:
• Eerdere gepubliceerde delen over de IJsselkoggeberging
• Conservering in vertrouwde handen bij Batavialand
• IJsselkogge, de tentoonstelling (Museum Nieuw Land)
• Erfgoedpark Batavialand (Nieuw Land Erfgoedcentrum)
• Maritiem depot sluit in 2016 voor publiek
• Nationale Museumweek 2016