(Ingezonden door CU) – In de afgelopen weken werd onze aandacht gevraagd voor een heel kwetsbaar onderwerp. Ouders van kinderen die overleden zijn voor de 24e week van zwangerschap, hebben een sterke behoefte aan een tastbare plek om hun kindje te kunnen herdenken en het verlies en verdriet op een waardige manier te kunnen verwerken.
Een tastbare plek zou voor deze ouders een belangrijke erkenning zijn voor het verdriet dat zij ervaren, en van het bestaan van hun kindje. Deze behoefte zien we ook terug in het groeiende initiatief van wereldlichtjesdag. Maar ook in de sinds begin 2019 verkregen mogelijkheid voor ouders om levenloos geboren kinderen te registreren in het basisregister personen (BRP). Veel ouders maken hiervan gebruik.
Ontbreken van wettelijke regels
Wij hebben vernomen dat wettelijke regels omtrent begraven betrekking hebben op te vroeg geboren kinderen vanaf de 24e week van zwangerschap. En dat er geen wettelijke regels zouden zijn vastgesteld omtrent begraven van te vroeg geboren kinderen voor de 24e week van de zwangerschap. Wij hoorden dan ook dat deze ouders vanwege het ontbreken van een mogelijke herdenkingsplek, zich soms genoodzaakt voelen om op zoek te gaan naar alternatieve begraaf- en herdenkingsplekken, zoals begraven in eigen tuin of ergens anders. Ook bestaat de mogelijkheid tot het kopen van een kindergraf, maar dat is gezien de financiële consequenties niet voor iedereen weggelegd. Dat vinden wij een bezwaar. Door de mogelijkheid van een begraaf- en/of herdenkingsplaats binnen onze gemeente zou deze leegte voor ouders kunnen worden ingevuld.
Begraaf- en herdenkingsplek
De ChristenUnie heeft het college concreet gevraagd naar de mogelijkheid om ruimte op een begraafplaats te creëren waar ook deze kinderen kunnen worden begraven en/of herdacht.