In december 2014 is besloten de schoonmaakondersteuning (HH1) niet langer als Wmo maatwerkvoorziening aan te bieden.
Voorafgaand aan de keukentafelgesprekken zijn alle bij de gemeente bekende cliënten per brief geïnformeerd over het nieuwe beleid en het overgangsrecht. Daarnaast zijn er informatiebijeenkomsten gehouden voor cliënten, de aanbieders van zorg en de cliëntondersteuners. In de 976 keukentafelgesprekken is de persoonlijke situatie, de woon- en leefsituatie en de omvang van de bestaande zorgvraag besproken. Vanuit die informatie is samen met de cliënt (en de ondersteuner) gekeken naar een passend vervolg. Hierbij werd ook de mogelijkheid van de toelage (HHT) en de ondersteuning vanuit de bijzondere bijstand ingebracht. 50 inwoners hebben gebruikgemaakt van de mogelijkheid om zich door Stichting Welzijn in Kampen (SWIK) te laten ondersteunen bij het invullen van formulieren.
Jurisprudentie
“De gemeente Kampen gaat zorgvuldig om met de uitvoering van het afschaffen van de huishoudelijke hulp en kan vooralsnog de ingeslagen weg blijven handhaven”. Deze conclusie trekt het college na het monitoren van diverse uitspraken van lagere rechters die zijn gedaan sinds een deel van de gemeenten heeft besloten om hulp bij het huishouden 1 (schoonmaakondersteuning) af te schaffen. De uitspraken tot nu toe geven voor de gemeente Kampen dus geen aanleiding om het beleid aan te passen. Pas na meerdere uitspraken van de hoogste rechter, de Centrale Raad van Beroep, ontstaat die lijn. Dat wordt medio 2016 verwacht.
Net als een kwart van de andere gemeenten, besloot de gemeenteraad van Kampen eind vorig jaar om schoonmaakondersteuning (de zogenoemde hulp bij het huishouden 1) niet langer aan te bieden als gemeentelijke voorziening. Schoonmaakondersteuning is een algemeen gebruikelijke voorziening geworden. Dit betekent dat mensen die dat kunnen deze hulp zelf regelen en betalen. De gemeente ondersteunt alleen nog bij hulp bij het huishouden wanneer mensen het echt niet zelf kunnen betalen (via de bijzondere bijstand) of wanneer iemand zelf niet de regie over het huishouden kan voeren (hulp bij het huishouden 2).
Zorgvuldige aanpak
Voor inwoners die op grond van het oude Wmo-beleid al schoonmaakondersteuning hadden, gold een overgangstermijn tot 1 juli 2015. Ook is met alle overgangscliënten een keukentafelgesprek gevoerd. De keuze voor deze zorgvuldige aanpak past bij de uitspraken van de lagere rechters dat er ‘een zorgvuldig, op de persoon toegespitst, onderzoek moet plaatsvinden’.
Ervaringen keukentafelgesprekken
De ervaringen en bevindingen die zijn opgedaan tijdens de keukentafelgesprekken geven aan dat de gesprekken in de meeste gevallen naar tevredenheid zijn verlopen. In de keukentafelgesprekken is, vaak samen met het netwerk van die mensen, besproken en beoordeeld wat de gevolgen zijn van het niet langer aanbieden van de schoonmaakondersteuning. Zodra bij ons bekend werd dat een gesprek niet naar tevredenheid was verlopen, heeft er nazorg of een nieuw gesprek plaatsgevonden.
Huishoudelijke Hulp Toelage
Inwoners die al hulp bij het huishouden 1 ontvingen, kunnen gebruikmaken van de regeling Huishoudelijke Hulp Toelage. Hiermee kunnen zij tijdelijk goedkoper zelf huishoudelijke hulp inhuren bij aanbieders met medewerkers in loondienst. De gemeente heeft hier geld voor gekregen van het Rijk. De hoogte van de toelage is in samenspraak met de aanbieders bepaald op € 7,50 per uur. De hoogte van het uurtarief van de aanbieder minus de vaste toelage van € 7,50 per uur bepaalt de hoogte van de eigen bijdrage. De hoogte van de eigen bijdrage kan dus per aanbieder verschillend zijn. Eind deze maand verwachten we inzicht te krijgen in de mate waarin een beroep wordt gedaan op de Huishoudelijke Hulp Toelage.