Miniaturen en oude handschriften uit de IJsselstreek

232

Nieuwe expositie Stedelijk Museum Kampen opent op 28 januari

Op 28 januari 2017 opent om 15.00 uur de nieuwe tijdelijke expositie in het Stedelijk Museum Kampen: ‘Miniaturen en oude handschriften uit de IJsselstreek’. In deze expositie, voor het museum de aftrap van het ‘Hanzejaar’, besteedt het museum aandacht aan vooral 15e eeuwse handschriften, die in de IJsselstreek zijn vervaardigd of die afkomstig zijn van kloosters in de IJsselsteden.

Als kind al leerden we dat de Gouden Eeuw een periode is in de Nederlandse geschiedenis die goeddeels samenvalt met de 17e eeuw waarin de Noordelijke Nederlanden een bloeiperiode door maakten. Het oostelijke kustgebied van de Zuiderzee en de IJsselstreek beleefden hun Gouden Eeuw al veel eerder, namelijk in de late 14e en de 15e eeuw. De steden in deze gebieden kenden toen een bloeiende handel en maakten een snelle groei door. Ook het religieuze leven – onder invloed van de Moderne Devotie – bloeide, hetgeen zich onder meer uitte in tal van kloosterstichtingen binnen en buiten de steden.

Het was ook de tijd van de Hanze, een samenwerkingsverband van handelaren en steden rond met name de Noord- en Oostzee, met als doel hun handel te beschermen en uit te breiden. Deze Duitse Hanze vormde zich in de 14e eeuw om van een koopliedenassociatie tot een stedenverbond, dat op het hoogtepunt ca. 200 steden telde, van Londen tot Novgorod, waaronder vele Oostnederlandse steden.
Sinds 1980 komen de vroegere Hanzesteden weer jaarlijks bijeen in één van de Hanzesteden om elkaar te ontmoeten en de steden te promoten. Dit jaar treedt Kampen als gastheer op met als thema ‘Water verbindt’. Het Stedelijk Museum Kampen speelt hier op in: het gehele jaar vinden er exposities plaats die een relatie hebben met de Hanze en/of met water.

Als eerste in de reeks besteedt het museum aandacht aan vooral 15e eeuwse handschriften, die in de IJsselstreek zijn vervaardigd of die afkomstig zijn van kloosters in de IJsselsteden. Laat-middeleeuwse handschriften zijn met regelmaat opgesierd met kleurrijke miniaturen. Vaker nog tref je ingekleurde initialen (beginletters) aan en zijn pagina’s soms verlucht (versierd) met penwerk in de marges van de tekst. Uit onderzoek blijkt dat handschriften die in dezelfde plaats of streek zijn geschreven ook hetzelfde type randversiering hebben met dezelfde kenmerkende motieven en versieringen. Randversiering is dus een uitstekend hulpmiddel bij het lokaliseren en dateren van handschriften. Dit geldt ook voor de handschriften die zijn vervaardigd in de IJsselstreek.

Kenmerkend voor de decoratie in die handschriften is de grote mate van uniformiteit en gestileerdheid. De basisvorm bestaat hierbij uit een reeks onder elkaar liggende korte, naar buiten buigende lijnen, die op het punt waar ze aan de vorige lijn gehecht zijn, steeds versierd zijn met een rijtje pareltjes of varianten daarop. Als vulling van initialen zien we vaak blad- en bloemmotieven en soms maskerfiguren.

Een bijzondere groep van in de IJsselstreek vervaardigde handschriften zijn de zogenaamde Sarijs-handschriften. Handschriften waarin de spelling van St. Marijs foutief als Sarijs is overgeschreven; een vergissing die een eigen leven is gaan leiden. Volgens kenners zijn de boeken uit de Sarijs-stroming allemaal in Zwolle geproduceerd. Ze bevatten allen dezelfde foute spelling van St. Marijs en hebben een overeenkomstige decoratiestijl. Hét centrum waar een belangrijk deel van de Sarijs-handschriften is ontstaan, is het fraterhuis in de Praubstraat in Zwolle. Eén van de belangrijkste producten uit dit Fraterhuis is de zogenaamde Zwolse Bijbel, bestaande uit zes delen, tussen 1474-1476 in opdacht van het Utrechtse Mariakapittel afgeschreven door Jacobus van Enckhuyzen.

De handschriften uit de IJsselstreek zijn vooral vervaardigd in kloosters en fraterhuizen die behoorden tot de Broeders van het Gemene Leven. Grondlegger van die stroming was Geert Groote (Deventer 1340-1384). Zijn beweging, de Moderne Devotie, stond voor een vernieuwing van het christelijke gemeenschapsleven en mag zeker ook een religieus-culturele vernieuwingsbeweging worden genoemd. Door de opkomst van de boekdrukkunst nam de productie van geschreven boeken in de 16e eeuw af. Maar in Oost-Nederland werden in de tweede helft van de 16e eeuw onder andere nog handschriften vervaardigd met juridische teksten. Enkelen daarvan werden versierd met penwerk en aquarel. Twee fraaie voorbeelden betreffen het dijkrecht van Mastenbroek.

Het oudst getoonde handschrift dateert uit de late 13e eeuw. Het is een zogenaamde Codex Justinianus, een boek waarin de regels van het Romeins Recht zijn opgetekend. Op een kleine maar fraaie miniatuur is te zien hoe keizer Justinianus de zogenaamde digesten (bloemlezingen uit de geschriften van Romeinse rechtsgeleerden) ter ordening aan professoren overhandigt. Het handschrift werd in 1664 door de toenmalige stadssecretaris Rutger van Breda aan de stad Kampen geschonken.

De expositie laat zien dat de Gouden Eeuw van de IJsselstreek ook op het terrein van handschriften met recht een gouden eeuw is geweest.

De expositie werd mogelijk door bruiklenen van: Athenaeumbibliotheek Deventer
Historisch Centrum Overijssel

LAAT EEN REACTIE ACHTER

GEEF JOUW REACTIE
GEEF JOUW NAAM OP