Ze zitten al een week langer in lockdown dan landelijk het geval is; de bewoners van Myosotis. Vier weken, waarin ze alleen via telefoon en videobellen contact mogen hebben met familie. Om ‘de moed erin te houden’, besloot de activiteitencommissie om op Goede Vrijdag hen een verrassing te presenteren. Via een hoogwerker van Dolco Verhuur, konden familieleden toch een ‘bezoek’ brengen aan hoogbejaarde opa’s en oma’s. Veilig op anderhalve meter afstand. ‘Dan ben je zo dichtbij en mag je ze nog niet knuffelen; hoe vervelend is dat?’ zo liet iemand zich ontvallen.

Lida is tevreden. Ze bedacht samen met haar collega’s van de activiteitencommissie van Myosotis deze actie. ‘Vorige week hadden we Jac Ruiten hier op het grasveld te zingen, nu brengen we familie in een hoogwerker bij de bewoners op bezoek en volgende week hebben we hier weer een zanger op het veldje.’ Alles om de moed erin te houden in deze tijden van Corona. ‘We zijn er voor het welzijn van onze ouderen. Zij moeten lekker wat te doen hebben. Dat geeft de burger moed’, zo weet ze. ‘Een heel belangrijk aspect van ouderenzorg, hoor; de moed erin houden…’
Myosotis heeft niet alleen eigen bewoners die met het coronavirus zijn besmet, ook verzorgt het de opvang van coronapatiënten vanuit de omgeving; mensen die te ziek zijn om thuis te blijven, mensen die professionele verzorging nodig hebben. Maar daar willen we even niet aan denken. Deze Goede Vrijdag is de dag om de moed erin te houden; om familieleden de kans te geven even een glimp van een (o)pa of (o)ma op te vangen, om even tien minuten met elkaar te praten en elkaar te laten weten dat ‘alles’ goed gaat.

‘Verschrikkelijk’
Anneke is de eerste die, samen met haar zusje, in het bakje van de hoogwerker naar boven mag. Op het balkon wacht, bij activiteitengeleidster Emma, hun vader van 93. Hij verloor zijn vrouw op 92-jarige leeftijd en snapt niet waarom zijn twee dochters niet meer om en om, iedere dag, bij hem langs mogen komen. ‘Ik zie hier af en aan auto’s komen; mensen gaan in en uit’, zo liet hij zich onlangs nog ontvallen, vertelt zijn dochter Anneke. ‘Leg dan maar eens uit wat er buiten Myosotis allemaal aan de hand is. Wij zien de stilte op straat, zien hoe mensen elkaar op afstand passeren en elkaar bang aankijken, hoe ze elkaar vaak niet eens meer groeten…’ Voor haar vader, die in de beschermde wereld van Myosotis vertoeft, is dat moeilijk te bevatten ‘ook al is hij voor zijn 93 jaar nog zo bij de pinken’.
Dat hij nu alweer vier weken zijn dochters niet heeft gezien, is volgens Lida ‘verschrikkelijk’. ‘De sociale isolatie is erg moeilijk voor ouderen en familie.’ Al doen de zorg- en activiteitenbegeleidsters er alles aan om dit ‘leed’ te verzachten. ‘We zijn dagelijks bij de mensen, doen spelletjes met ze en zijn er voor een praatje.’ Waar zij voorheen van de ene woning naar de ander gingen, beperken ze hun bezoekjes nu noodgedwongen de gehele dag tot een en dezelfde woning, waar vijf ouderen in een woongroep samenleven. ‘Tenslotte moeten we de verspreiding van corona koste wat het kost voorkomen.’ Eerder deze ochtend, toen Lida koffie uitdeelde aan Alfred, de man die namens Dolco Verhuur de hoogwerker bedient, liet ze zich al ontvallen dat hij zich geen zorgen hoefde te maken over dat ze een plastic roerstaafje in zijn koffie liet glijden. ‘Je wilt niet weten hoe vaak we onze handen wassen en desinfecteren. Ik durf al bijna te zeggen dat we dit spul gewoon drinken’, zegt ze met een lach, wijzend op een jerrycan met desinfecterende lotion.

Om tien uur brengen Anneke en haar zusje, als eerste tweetal van vandaag, een bezoek aan het balkon waar ze hun 93-jarige vader mochten spreken. ‘Ach ja, waar heb je het dan over? Eigenlijk over niets bijzonders’, zegt Anneke als ze weer beneden is. ‘Toch was het heel fijn om hem te zien. Hij kan erg geëmotioneerd raken’, zegt ze bezorgd. ‘Hij zal moeilijk kunnen begrijpen dat we hem maar even hebben kunnen bezoeken; zo op afstand.’

Tussen hoop en vrees
‘Mam, wat zie je er mooi uit’, roept Anja vanuit de hoogwerker haar 91-jarige moeder toe. Naast haar staat haar broertje, in zijn handen een jonge pup, die hun moeder vandaag voor het eerst ‘live’ kan zien. ‘Je hebt je nagels gedaan. En je haar… heel mooi, zo met je bontjas.’ Eenmaal beneden is te zien hoe dit weerzien haar emotioneel heeft geraakt. Tranen glinsteren in haar ooghoeken en op haar wangen. ‘Mijn moeder was heel blij. ‘Wat fijn dat ik jullie zie’, zei ze.’ Ze hebben samen een lied gezongen, vertelt ze. ‘Een Paaslied. Mijn moeder is christelijk en ik kende het nog van vroeger.’ Het verklaart, mede, de emotie. ‘Gelukkig zijn er op haar afdeling nog geen besmettingen geconstateerd…’ Anja vertelt het, terwijl aan de poort van Myosotis een ambulance stopt. Mannen in witte pakken begeleiden een coronapatiënt die op een brancard wordt binnengereden. ‘Daar lig ik ’s nachts wakker van’, verklapt Lida mij later. ‘Maar daar moeten we nu even niet te veel aan denken. We hebben vandaag vijftien bewoners en hun familie heel erg blij kunnen maken, en volgende week hopen we, samen met Dolco Verhuur, ook andere families blij te kunnen maken.’

Hier, waar op Goede Vrijdag in het voorjaarszonnetje familieleden blij naar elkaar zwaaien en de hoop delen elkaar binnenkort weer gezond en wel in de armen te sluiten, weten we dat elders mensen, soms op steenworp afstand, voor de laatste maal afscheid van elkaar nemen. ‘Wat is het een vreemde wereld geworden’, hoor ik iemand achter mij zeggen. En dat is het.