Er is voldoende ruimte om een volgende stap te zetten in de voorbereiding van de vrijwillige kavelruil op Kampereiland. Dat is de voorlopige conclusie van de diverse bij de kavelruil betrokken partijen. Met ondersteuning van coördinatiepunt Kavelruil Overijssel (CKO) is de animo hiervoor geïnventariseerd onder agrarische ondernemers in het gebied. Het resultaat daarvan is bemoedigend. Een voorzichtige schatting gaat er van uit dat ruim honderd hectare grond kan worden ingebracht en toegedeeld in deze vrijwillige kavelruil. Daarbij zijn zo’n 25 boeren betrokken.

De Stadserven, eigenaar en verpachter van het Kampereiland en omstreken, tevens financier van het inventariserend onderzoek, is enthousiast. Hiermee kan immers handen en voeten worden gegeven aan de noodzakelijke agrarische structuurverbetering. Medio vorig jaar startte een speciaal door het CKO ingestelde vertrouwenspersoon een reeks van gesprekken met tal van boeren. Zij konden zich vrijwillig voor de kavelruil melden. Elk van hen blijkt geheel eigen motieven te hebben om te participeren in het proces. Waar de een wil stoppen, wil de andere juist groeien of de versnippering van hun landbouwgrond oplossen. Tevens zijn boeren betrokken die de landelijke opkoopregeling en toekenning van fosfaatrecht aangrijpen om een besluit over de toekomst te nemen.

Ontwikkelingen afwachten
Met de in te brengen hectares kunnen de komende periode een aantal clusters van gronden gevormd worden die logisch aansluiten bij de toedelingswensen van de deelnemers. Het CKO wil in overleg met een kavelruilcommissie voorstellen hiertoe doen en deze met de deelnemers bespreken. Tevens zullen de deelnemers voor de inbreng en de toedeling per cluster een waarde moeten vaststellen op basis waarvan de gronden worden geruild. Echter, voordat het CKO ook echt hiermee aan de slag kan gaan en er gestart kan worden met het eerste ruilcluster, moet er in 2017 beleidsmatig nog wel een aantal ontwikkelingen worden afgewacht. Die ontwikkelingen hebben uiteindelijk allemaal invloed op de waarde van de pachtrechten en daarmee op de uitruilbaarheid daarvan. De betrokken partijen vinden het bijvoorbeeld verstandig om eerst af te wachten wat er met de fosfaatrechten gebeurt. Zijn deze straks verhandelbaar of niet? In de herfst oordeelt de Eerste Kamer hierover.

Pachtprijsonderzoek
Een andere kwestie die speelt is het lopende pachtprijsonderzoek. Later dit jaar volgt een advies naar aanleiding van de uitkomsten van het onderzoek. Hetzelfde geldt voor een mogelijke wijziging van de beleidsregels. Boeren die grond willen ruilen, zullen die discussie begrijpelijkerwijs graag eerst afwachten. Dit soort ontwikkelingen kunnen de schaal en de omvang van de kavelruil dus nog verder vergroten. De initiatiefnemers vinden dat de boeren in het gebied deze kans zeker gegund worden moet worden. Naar verwachting kan komende winter de kavelruil echt van start gaan. Tot die tijd zal de vertrouwenspersoon geen nieuwe activiteiten ontplooien. Aanleiding voor het kavelruilinitiatief is de waterveiligheidsopgave in combinatie met de wens van de Stadserven en de Pachtersbond om te komen tot agrarische structuurversterking op het Kampereiland. De melkveehouderijen op het Kampereiland zijn gemiddeld kleiner omdat er te weinig mobiliteit in pachtgrond is.

De kavels waarop de boeren werken zijn door de oude landschappelijke structuur vaak minder efficiënt ingericht of ze liggen meer verspreid door het gebied. Dijkmaatregelen van het waterschap ter versterking van de waterveiligheid zouden die situatie verder kunnen verslechteren. Er is echter gekozen om van de bedreiging een kans te maken. Hectares landbouwgrond die zouden vervallen vanwege de waterveiligheidsmaatregelen, zouden kunnen worden gecompenseerd binnen het kavelruilproces. Met de herverkaveling van ingebrachte grond van de Stadserven en stoppers, zal de kavelruil een bijdrage leveren aan de agrarische structuurversterking in het gebied.

LEAVE A REPLY

Please enter your comment!
Please enter your name here